Vijf vragen aan Frank van Engelen

“Je bent er niet om een boodschappenlijstje op te halen”, Frank van Engelen

We spraken Frank van Engelen, werkzaam als Directeur/Bestuurder bij woningcorporatie Woonwenz, tot juli vorig jaar vice-voorzitter van de Raad van Toezicht van zorgorganisatie Pergamijn, voorzitter van de Raad van Toezicht van onderwijskoepel PlatOO en sinds januari 2022 vice-voorzitter van de Raad van Toezicht van St. Jans Gasthuis Weert.

Als specialist in het vervullen van toezichthoudende functies, spreken we bijna dagelijks (potentiële) toezichthouders, opleiders, bestuurders en stakeholders. Persoonlijke en vaak indringende gesprekken, geven ons een inkijk en een goed beeld van de beweegredenen om een toezichthoudende functie te aanvaarden. Het houden van toezicht is inmiddels ontwikkeld met al haar verplichtingen, verantwoordelijkheden en maatschappelijke opgaven. Elke maand stelt Delfin Executives 5 vragen aan een toezichthouder.

Waarom wilde je toezichthouder worden?

Een rol van toezichthouder zorgt voor een uitruil van meerwaarde. Je brengt een organisatie kennis en ervaring en krijgt zelf ook nieuwe ervaringen en indrukken. Het is een spiegel voor jezelf en zorgt dat je een beetje op je handen blijft zitten. Persoonlijk vind ik het belangrijk dat je actief bent in een andere sector dan je hoofdfunctie. Als directeur-bestuurder bij een woningcorporatie vind ik het -ongeacht de governance- niet verstandig om in dezelfde sector ook toezichthouder te zijn. Ik was 8 jaar vice-voorzitter van de Raad van Toezicht bij Pergamijn, een organisatie die mensen met een verstandelijke beperking begeleidt en ondersteunt. In mijn huidige toezichtrollen als voorzitter bij PlatOO ben ik actief in het onderwijs en het St Jans Gasthuis is een ziekenhuisorganisatie. Wel telkens rollen in een organisatie, net zoals mijn hoofdfunctie, met een maatschappelijk karakter. Daar voel ik mezelf het prettigste bij.

Moet je ervaring hebben als toezichthouder?

Dat moet niet, maar is wel erg handig. Ervaring zie ik echter breed. Dat is meer dan een rol binnen een RvT of RvC. Ik heb er voordeel van dat ik directeur-bestuurder ben omdat ik daardoor zelf ook een Raad van Commissarissen heb met wie ik spar, aan wie ik verantwoording afleg over mijn beleid en ideeën en die mijn werkgever is. De bewustwording van de rollen en verhouding tussen toezicht en bestuurder zorgt ook voor een scherpe invulling van mijn eigen taak als RvT-lid elders. Het is fijn dat je aan twee kanten van een tafel ervaring hebt en als toezichthouder ook aanvoelt met welke dilemma’s of vraagstukken een bestuurder zit. Het voordeel is dat je met die ervaring ook dondersgoed weet dat je rollen moet scheiden. Als bestuurder wil ik niet dat mijn RvC op mijn stoel gaat zitten. Die houding moet ik dus ook als RvT-lid telkens in de gaten houden. De kunst van het afstand houden. Ervaring heeft ook met kennis te maken of portefeuilleverdeling. Ik ben voorstander van het verdelen van verschillende aandachtsgebieden waarbij ieder lid zijn of haar expertise heeft. Dat neemt overigens niet weg dat je bijvoorbeeld alleen verantwoordelijk bent voor jouw gebied. Je bent een team met een gezamenlijke verantwoordelijkheid waarin eenieder zijn of haar specialisatie inbrengt.

Wat is een belangrijke verandering in het Nieuwe Toezicht?

Fijn en belangrijk is dat de toezichthouder nieuwe stijl veel vaker het contact zoek met medewerkers in de organisatie. De bestuurder weet ervan, maar is er niet altijd bij. Het gevaar is dat de rode loper wordt uitgelegd als de RvT op bezoek komt, maar daar prik je snel doorheen. Medewerkers vinden het fijn als je op werkbezoek komt, dat je interesse toont en dat je deelgenoot wordt van hun werkzaamheden. Je kunt ook met eigen ogen zien of keuzes die je als RvT hebt gemaakt ook beklijven en welke impact dat heeft. De meerwaarde van het werkbezoek is om je eigen beeld te vormen naast de stukken die je krijgt aangeleverd. Aan de andere kant moet je ook duidelijk zijn richting degene die je bezoekt. Je bent er niet om een boodschappenlijstje op te halen met wensen of klachten.

Wat moet morgen veranderen in toezichthoudend Nederland?

In Nederland moet de fundamentele discussie gevoerd worden over de verschillende manieren van toezicht. Wat moet een toezichthouder doen? Neem als voorbeeld een inspectie van rijkswege bij een zorgorganisatie. Wat zijn dan de verschillen van toezicht? Houdt de inspectie weer toezicht op de RvT of niet? En als de inspectie de toezichthouder controleert én de organisatie wat is dan de taak nog van de RvT? De gebieden van toezicht zijn grijs, terwijl je elkaar wellicht kunt versterken als je dat goed onderzoekt en afspraken met elkaar maakt. Geen kwestie van goed of fout, maar wel goed om hier een brede discussie over te starten. Je kunt dan veel van elkaar leren en dubbelingen eruit halen. De discussie moet het doel hebben om beter te begrijpen hoe de toezichtverhoudingen in elkaar zitten. Als er toezichthouders of inspecteurs zijn die dat ook vinden, vinden ze mij op hun weg!

Welke tips heb je voor potentiële toezichthouders?

Heel eenvoudig: blijf jezelf. Sta stevig in je schoenen. Als je bent benoemd als lid van een Raad van Toezicht of Commissarissen heb je taken en verantwoordelijkheden. Je neemt geen rol aan, maar je bent een volwaardig lid. Zo dien je je ook te gedragen, als professional. De verantwoordelijkheid en taken die je krijgt, dien je waar te maken. Als je daaraan twijfelt, moet je niet solliciteren. Kortom, het is een mooie en verantwoordelijke functie en als je die functie eenmaal hebt, moet je er ook voor gaan! Blijf jezelf telkens verwonderen.

Voor vragen over vijf vragen aan Frank van Engelen kun je contact opnemen met Max Ruiters.

Artikelen

Max Ruiters

Vijf vragen aan Linda van Driel

“Omarm dat je anders bent.” ...

Max Ruiters

Vijf vragen aan Nanny Huismans

“Laat je niet overrulen door competenties in profielen.” ...